Bij GGzE werken we al een tijd met Virtual Reality, oftewel VR. Daarmee lijkt het alsof je in een andere werkelijkheid bent. Door een speciale VR-bril zie je een computergegenereerd beeld. De bril bevat een beeldscherm en sluit je zicht op de buitenwereld af. Je ogen zien elk een eigen beeld en dat beeld verschilt iets van elkaar. Daardoor zie je diepte in de virtuele omgeving. Met andere woorden: je kijkt dan in 3D.
Verschillende GGzE-behandelaars zetten VR al in, vooral bij angst- of sociale angstklachten. Zo kun je bijvoorbeeld virtueel in een lift stappen. Of boodschappen doen, met het openbaar vervoer reizen of naar een prikpunt gaan, om bloed te laten prikken.
Een van de voordelen van VR is dat de situatie te voorspellen is. Als je bijvoorbeeld in een echte lift of bus stapt, weet je nooit hoe vaak deze gaat stoppen. En of er nog andere mensen in zullen stappen. Dat kan spanning oproepen. Het script van de VR-film staat vast, dat verandert niet. Zo kun je in een veilige omgeving oefenen met dingen die je moeilijk vindt.
Ook kan de behandelaar meekijken, op een iPad of smartphone. Zo kan de behandelaar zien in welke situatie de cliënt zich precies bevindt. Als iemand erg veel stress ervaart tijdens de behandeling, dan kan hij daarop direct inspringen. En de bril kan natuurlijk ook afgezet worden.
Er bestaan ook ‘empathiefilms’. Die gebruiken GGzE-teams zodat medewerkers en stagiairs kunnen zien hoe het is om ADHD te hebben, dementie, of een delier. Medewerkers waarderen deze manier van werken, ze vinden dat VR zorgt voor verdieping en een grotere bewustwording.
Ook bij cliënten met anorexia zetten we deze video’s in. Niet zozeer voor de cliënten zelf, meer voor hun omgeving. Zodat ze beter begrijpen hoe het is om met anorexia te leven. Wat hopelijk tot meer begrip van de persoon met anorexia leidt. Wat dan ook weer tot een positiever resultaat van de behandeling leidt.
Alissia Linssen, basispyscholoog bij het online behandelteam, geeft groepstrainingen en exposure therapie bij angst en paniek. Zij zet de VR-brillen daarbij in. “De VR-brillen zijn een mooie toevoeging aan de reguliere behandeling,” vertelt Alissia. “De cliënten ervaren de VR-brillen als ‘echt’, bijvoorbeeld in een situatie waarin ze over straat lopen of in een bus zitten.
Voor ons als behandelaren is het werken met VR heel informatief. Als een cliënt een VR-bril op heeft, dan zien we wat er in een echte situatie ook lijkt te gebeuren. Zoals wanneer de spanning oploopt. Gebeurt dat als de cliënt de bus instapt of pas als er ook andere mensen instappen? Of als hij moet uitstappen?
Ik zie VR als een mooi opstapje naar echte exposure therapie, een goede toevoeging. Voor ons, behandelaren, is het niet altijd mogelijk om met iemand mee te gaan. Naar de supermarkt of mee in de auto bij rij-angst. Dan is VR heel handig. Maar VR is geen volledige vervanging van exposure therapie. Want bij rij-angst moet je uiteindelijk wel écht de auto in. De snelweg op. Dat kun je niet alleen met een VR-bril oplossen.”