Op deze pagina vind je de uitspraken die de Klachtencommissie cliënten heeft genomen naar aanleiding van klachten gericht tegen GGzE in het kader van de Wet verplichte GGZ (Wvggz).
De leden van de Klachtencommissie cliënten werken niet bij GGzE en komen tot een onafhankelijke beslissing.
Uitspraak klacht 2025-47144
De klacht richt zich volgens het klaagschrift tegen het feit dat de medicatie sinds december 2024 wordt verhoogd, terwijl er was toegezegd de haar medicatie juist zou worden afgebouwd.
Klaagster heeft een Zorgmachtiging.
De klachtencommissie verklaart de klacht:
- GEGROND.
Schadevergoeding: 660 euro.
Uitspraak klacht 2025-48974
De klacht richt zich volgens het klaagschrift tegen
- het toedienen van of gebruik van diverse vormen van medicatie, waaronder Nozinan, Abilify, Movicolon en Cisordinol.
- de gestelde diagnose.
Klaagster heeft een Zorgmachtiging.
De klachtencommissie verklaart:
- zich onbevoegd met betrekking tot de klacht over de diagnose;
- de klacht van klaagster met betrekking tot het toedienen van medicatie in de vom van Abilify en Cisordinol gegrond.
Schadevergoeding: 15 euro.
Uitspraak klacht 2025-48878
De klacht richt zich volgens het klaagschrift tegen
- de door klager in te nemen medicatie;
- een kamerprogramma waarbij klager 4 keer per dag een uur op zijn kamer moet blijven;
- het innemen van de mobiele telefoon en vervolgens blokkeren van diverse functies;
- het niet mogen bezoeken van naasten buiten de instelling.
Klager is vrijwillig opgenomen.
De klachtencommissie verklaart de klacht:
- op alle onderdelen niet-ontvankelijk.
Schadevergoeding: geen.
Uitspraak klacht 2025-49905
De klacht richt zich op:
- het verblijf in de separeercel van donderdag 13 maart tot 16 maart 2025;
- het aansluitend opgelegde kamerprogramma vanaf 16 maart 2025.
Klager heeft TBS met voorwaarden.
De klachtencommissie verklaart:
- de klacht van klager met betrekking tot het separeren ONGEGROND;
- de klacht van klager met betrekking tot het kamerprogramma GEGROND;
Schadevergoeding: € 20,-
Uitspraak klacht 2025-51031
De klacht richt zich op:
- de beslissing van 18 of 19 april 2025 om verplichte zorg te verlenen in de vorm van een kamerprogramma.
Klager heeft TBS met voorwaarden.
De klachtencommissie verklaart de klacht:
- GEGROND;
Schadevergoeding: n.v.t.
Uitspraak klacht 2025-50081
De klacht richt zich tegen:
- het toepassen van verplichte zorg in de vorm van separatie en dwangmedicatie op 13 maart;
- de toepassing van verplichte zorg in de vorm van separatie en dwangmedicatie op 19, 24 en 25 maart 2025;
- Daarnaast wenst klager een rectificatie van zijn dossier.
Klager heeft verlengde crisismaatregel tot 7 april 2025. Op 4 april 2025 is een zorgmachtiging aangevraagd.
De klachtencommissie verklaart de klachten:
- Ongegrond voor wat betreft de eerste twee onderdelen.
- Niet bevoegd voor wat betreft het verzoek om rectificatie.
Schadevergoeding: geen.
Uitspraak klacht 2025-50585
De klacht richt zich op:
- de beslissing van 18 maart 2025 om verplichte zorg te verlenen in de vorm van het toedienen van verplichte medicatie als depot.
Klaagster heeft een zorgmachtiging.
De klachtencommissie verklaart:
- de klacht ONGEGROND;
Schadevergoeding: n.v.t.
Uitspraak klacht 2025-51690
De klacht richt zich tegen:
- de beslissing van eind april/begin mei 2025 om verplichte zorg te verlenen in de vorm van het afnemen van bloed ten behoeve van een ander doel dan dat waarvoor toestemming is gegeven door klager.
Klager heeft TBS met voorwaarden.
De klachtencommissie verklaart zich t.o.v. de klacht:
- niet bevoegd
Schadevergoeding: n.v.t.